Tijdens de tweede expert sessie op 28 juni nodigde we Maarten Brinkerink uit om ons wegwijs te maken in de wereld van het (Europees) auteursrecht, en de mogelijkheden die bestaan voor het geven van open licenties. Hier kan je zijn presentatie terug kijken en hebben we de belangrijkste punten uit Maarten’s presentatie samengevat.
‘All rights reserved’
Allereerst komt het traditionele auteursrecht aan bod, dat automatisch aan creatief werk van auteurs wordt toegekend. Er valt hierbij een onderverdeling te maken in exclusiviteitsrecht, dat overdraagbaar is naar andere rechthebbers; en morele rechten zoals attributie, erkenning, en de beslissing over nieuwe gebruiken van het werk. Al snel wordt duidelijk dat auteursrecht een complexe kwestie is en meer vragen oproept dan dat het uitsluitsel geeft. Maarten geeft aan dat een paar uitzonderingen op auteursrecht zijn die voor kunstenaars belangrijk zijn, namelijk die van citaat, parodie, privébezit en educatief gebruik.
Daarnaast geeft Maarten ons mee dat op één werk soms meerdere vormen van auteursrecht van toepassing kunnen zijn. Voor het publiceren en herbruiken van het filmarchief zijn er meerdere rechthebbenden die toestemming moeten geven:
- Makers van (achtergrond)muziek en poëzie in de film
- Eigenaars van portretrecht in films (bijvoorbeeld de Oranjes, of bekende Nederlanders die commerciëel belang hebben bij hun verschijning in beeld)
- Makers van de film zelf
‘Some rights reserved’
Hierna gaan we over op een rechtsvorm waarbij sommige rechten voorbehouden blijven: Creative Commons bijvoorbeeld richt zich op het mogelijk maken van laagdrempelig hergebruik, met name van digitale werken. De CC-licenties bieden makers de mogelijkheid voorwaarden te stellen aan het hergebruik, namelijk Attributie, Gelijk Delen, Niet Commerciëel en Niet Afgeleide werken. De telefoons van de makers komen tevoorschijn en een aantal van Maarten’s slides over Creative Commons worden vastgelegd. Wat is verder nog belangrijk voor ze, om op te letten?
“If you are creating a derivative work, provide attribution for all creators of all your (openly licensed) work, and share alike (if required).”
Dus: geef credit door de naam van de auteur of maker te noemen, het liefst terug te linken naar het bronmateriaal, en door met dezelfde licentie het nieuwe werk te delen.
Discussie
Veel ontwerpers en kunstenaars werken wel eens met gevonden materiaal. Vooral met het internet is het makkelijk materiaal gemaakt door andere te vinden, te downloaden en te gebruiken in een nieuw werk. Toch is het vaak niet helemaal duidelijk of dit materiaal wel hergebruikt mag worden. Soms is het ook wel duidelijk, maar door dat het makkelijk toegankelijk is worden regels misschien wel snel overtreden. Daarom gingen we met de groep in gesprek over wat hun vinden van auteursrecht als ze zelf materiaal gebruiken en wanneer het gaat over het publiceren van hun eigen werk.
Maarten wordt gevraagd wat hij nu dagelijks doet – of hij de rechten van elk item in ons archief checkt voordat hij dit online zet? Hij lacht: “Gelukkig niet. Ik houd me meer bezig met modellen rondom open licenties en het opstellen van frameworks.” Beeld en Geluid is bijvoorbeeld betrokken geweest bij het vaststellen van het Europeana Licensing Framework, en maakt zich sterk voor het openstellen van collecties met initiatieven als Open Beelden, Geluid van Nederland en Open Cultuur Data.
Vervolgens komt de vraag over het ontstaan van auteursrecht, en hoe lang is het auteursrecht al onveranderd gebleven? Maarten aarzelt. “Sinds 1912 ongeveer, maar het is wel een aantal keer aangepast in reactie op nieuwe technologieën.” Dat is natuurlijk ook belangrijk om te overwegen bij auteursrecht: welke gebruiken waren er ten tijde van het ontstaan van de wet, en hoe beïnvloeden nieuwe media het reproduceren en traceren van nieuw werk? Het één gebeurt natuurlijk ook weer in reactie op het ander, dus zal auteursrecht in dat opzicht altijd een beetje ‘achter’ blijven op wat er technisch mogelijk is. Maar de principes blijven hetzelfde: een balans vinden tussen het beschermen van de originele maker, en het beschermen van het belang van de maatschappij als geheel.
Maar hoe zit het eigenlijk met onze makers, wat vinden zij van het verhaal van Maarten? Aan de ene kant gebruiken de deelnemers van Open Media Art veel werk dat zij vinden op het internet, zonder eventuele rechthebbenden te raadplegen, maar aan de andere kant willen ze ook niet dat hun eigen werk zomaar weggegeven wordt. Elki vertelt dat ze veel materiaal van anderen gebruikt: ze creëert composities met filmpjes die ze van YouTube haalt. Heeft ze daar dan nooit klachten over gehad? “Jawel,” geeft ze toe, maar ze ziet YouTube films meer als resultaat van een technologisch proces dan het resultaat van een creatief proces, dus denkt ze niet dat ze inbreuk maakt op iemands intellectueel eigendom.
Bij hergebruik voor commerciële doeleinden daarentegen vind ze het wel terecht dat mensen bezwaren hebben. Anna vraagt haar of het ook niet meer met een vorm van erkenning te maken heeft: “Ik heb een keer op Instagram gezien dat iemand mijn foto’s plaatste, zonder mijn naam te noemen. Toen zat ik wel te twijfelen: moet ik daar nou iets van zeggen?”
De deelnemers van Open Media Art zien vooral problemen met auteursrecht zodra er geld in het spel komt. Anna noemt het voorbeeld van Richard Prince, die in zijn tentoonstelling foto’s van anderen van Instagram gebruikte en hiervoor werd aangeklaagd. Robin noemt het voorbeeld uit Amerika waarbij de kleur roze geclaimt werd als trademark. Maarten geeft aan dat het auteursrecht zo ook een vorm van censuur kan worden: je kunt sommige copyright claims alleen aanvechten als je veel geld hebt, dus worden beelden en uitingen die misschien wel gewoon legaal zijn, toch weggehaald.
Tereza voegt nog toe dat het auteursrecht ook een vorm van bescherming kan bieden als je probeert een merkidentiteit op te bouwen. Ze heeft haar eigen werk weleens teruggezien in de portfolio van een stagiaire, wat ze niet helemaal terecht vond. Anna geeft aan dat ze in haar eigen werk de ethische afweging lastig vind. Als ze een foto maakt van een televisie die iets afbeeldt, of een collage van verschillende afbeeldingen voor een opdrachtgever, is dat dan wel volledig haar eigen werk?
Een interessant punt dat Bram naar voren brengt is dat in hun geval, bij de productie van software, het juist eigenlijk heel erg lucratief is om je werk een open licentie te geven. De GNU General Public License stelt dat anderen het werk mogen overnemen, aanpassen en doorverkopen mits zij dit onder dezelfde licensie doen. Op het platform Github wordt software gedeeld op deze manier. Het zorgt ervoor dat mensen in contact raken met je werk, en bijvoorbeeld ook dat je als programmeur ergens aangenomen wordt. “Als je je software vrijgeeft op deze manier, levert je dat gewoon heel veel op.”
Meer lezen
We vroegen de groep hun gedachtes over auteursrecht na afloop van de meeting nog eens op papier te zetten. Benieuwd hoe hun over auteursrecht en open content denken. Lees dan hier hun blogposts:
ANNA: Een grijs © gebied
ELKI: De eenzame duplicator
TEREZA: The © “coin” has two sides
SUPERPOSITION: Even kort over auteursrecht…
Comments are closed.